Dag 20, van de ene kant is er al 2/3e voorbij maar er staan nog steeds 10 topdagen op de planning. Vanaf overmorgen zijn we 2 dagen de Thaise jungle in maar vandaag hadden we eerst alle tijd om het Doi Suthep-Pui National Park te verkennen. Dat doen we niet met een busje, gewoon zoals we in Vietnam gewend waren, scooters.
Na een goed ontbijt konden we vertrekken, nadat we de spits van Chiang Mai achter ons hadden gelaten konden we koers zetten richting het National Park. De scooters zijn behoorlijk krachtig dus niks heerlijkers dan met een fijne snelheid de bergopwaartse slalommende bochten op een gladde manier te nemen. Het was ook nog eens heerlijk rustig op de weg wat het nog fijner maakte.
Onderweg kwamen we een uitzichtpunt tegen waar je een goed uitzicht had over de stad, een behoorlijk groot gebied beslaat Chiang Mai. Maar we waren onderweg naar de Wat Phra That Doi Suthep, een tempel met in het midden een gouden ‘chedi’. Het is zo fel dat we vanaf het hotel het al konden zien, een uur verderop. Rond de tempel waren allemaal kleine kraampjes met eten wat allemaal even lekker uitzag. Wederom, de kwaliteit hier zag veel beter uit dan in Vietnam, daar zaten de vliegen op het vlees om maar een voorbeeld te noemen. Na een paar spiesen en andere kleine hapjes konden we verder. Gewoon wat verder rijden dan de tempel bracht ons naar een panoramapunt aan de andere kant van de berg. Vanaf hier had je een uitzicht over een landschap van prachtige groene heuvels. Hoewel de route zelf al een feestje was om te rijden was er ook onderweg nog genoeg te beleven.
Aangezien we toch al een aantal uur onderweg waren leek het ons tijd om terug te keren naar Chiang Mai. Hiervoor was het weer een heerlijke partij slalommen over wegen met uitzichten en verder veel groen.
Onderaan kwamen we een waterval tegen. Nog voordat we hier aankwamen was er een kraampje met gefrituurde insecten. Ik vond de sprinkhaan van een weekje geleden toch weer een beetje te normaal dus begon ik met een flinke tor. Toen die op was ging de lat weer wat hoger, een soort mega krekel die hier een kenmerkend geluid maakt. Als je dan toch bezig bent, dan de grootste, een water bug. Diertje van zo een 10 cm. Smullen! Het filmpje ervan staat op mijn Facebook:). Na deze culinaire stop gingen we dus naar de wateval die erg de moeite waard was, met het licht op de waterval en in het achterhoofd de heuvels van een uur eerder riep het een beeld op uit The Celestine Prophecy / De Celestijnse Belofte.
Na nog een uurtje bij het zwembad te hebben gelegen hebben we de scooters weer gepakt om naar de Sunday Market te gaan. Ik houd echt van braderieën in Nederland, nee in haat ze. Maar zo op reis is het toch anders. In plaats van de Reibekuchen van Robek staan hier kraampjes met eten waar het water je van uit de mond loopt bij het zien in plaats van het vet bij het eten. Hier werd gewoon ter plekke een smoothie geregel. Nog wat Japanse hapjes, een spiesje, een wafel en een soort Banana -pancakeroll later waren we hier ook weer klaar.
Wat doe je in een vrij relaxte donkere avondspits met nog wat benzine in je tank? Touren. Laat Chiang Mai nou een ringweg om de oude stad hebben die zich heel fijn liet rijden! We hebben dus een rondje of 5 van 6km gereden. Genieten, echt waar.
Morgen gaan we waarschijnlijk Chiang Mai verkennen, hoe het was lees je morgen:).